De vereniging Leefmilieu is een onafhankelijke milieuorganisatie die zich inzet voor een groen en gezond leefmilieu. Onze kenmerken zijn: grote milieudeskundigheid en samenwerking met bewonersgroepen in heel Nederland.
Op deze website informeren we je over onze activiteiten. Wil je op de hoogte blijven, abonneer je kosteloos op onze nieuwsbrief of word lid.
|
Ad Ragas is een van de bestuursleden van Leefmilieu en is sinds april 2022 hoogleraar Humane en Ecologische Risicobeoordeling aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Op donderdag 23 mei 2024 sprak hij onder grote belangstelling zijn oratie uit, getiteld "Waardeloze milieuwetenschap?"
Ad houdt zich bezig met het ontwikkelen van methodes en tools om risico’s van chemische stoffen zo goed mogelijk in kaart te brengen. Zijn uiteindelijke doel hierbij is vooraf te kunnen voorspellen hoeveel van een (nieuwe) chemische stof in het milieu terecht komt, hoe die zich daar gedraagt en wat de schadelijke effecten zijn. Dus nog voordat deze stoffen in het milieu zijn en niet pas erna.
In zijn presentatie ging Ad in op de schoonheid van zijn vak. Maar ook dat het toepassen van de resultaten niet altijd even goed gaat en dat we daar op een betere manier mee om zouden kunnen gaan.
Een van de redenen dat het wetenschappelijk gezien wel eens fout kan gaan, is dat er altijd een restonzekerheid blijft. Ook dit zou je in de risicobeoordeling moeten betrekken: wat als de wetenschap fout zit? Verder komen er in groot tempo steeds meer chemische stoffen op de markt. En wanneer we de risico’s van individuele stoffen kennen, weten we nog niet wat de risico’s zijn wanneer we aan mengsels van deze stoffen worden blootgesteld.
Ook maatschappelijk kan het fout gaan. We hebben erg hoge verwachtingen van de wetenschap en we communiceren daarbij niet goed over de risico’s van bijvoorbeeld bestrijdingsmiddelen. Van de andere kant is er steeds meer onzekerheid wat leidt tot steeds meer onderzoek en toenemende complexiteit, waardoor deze onderzoeken niet meer door bezorgde burgers te beoordelen zijn. Probleem is ook dat teveel naar de industrie wordt gekeken voor het onderzoeken van risico’s van chemische stoffen. Er is bij hen weinig motivatie dit voortvarend op te pakken.
Als afsluiting bepleit Ad om bij de beoordeling van een chemische stof ook naar de duurzaamheid te kijken. Dus niet alleen naar eigenschappen en risico’s van die stof te kijken, maar ook naar het belang van die stof voor de samenleving en hoeveel van die stof men uiteindelijk wil toelaten binnen de samenleving, zie afbeelding (SSdD = Safe and sustainable by design).
Klik hier om de presentatie van Ad te bekijken.
LET OP: om de presentatie te bekijken is het volgende wachtwoord nodig: Adoratie
.
In de discussie over de stikstofproblematiek gaat het vaak over de toekomst van de boeren. Is er nog toekomst voor hen in Nederland, want zelf spelen ze vaak de kaart dat dit door alle regelgeving onmogelijk wordt. Urgenda maakte een mooi, heel helder filmpje hoe een duurzaam landbouw- en voedselsysteem in Nederland eruit zou kunnen zien; uiteraard mét boeren.
Gaat dat zien en laat het ook aan anderen zien!
Klik hier om het filmpje van Urgenda te bekijken
.
Het vervolgonderzoek bestrijdingsmiddelen en omwonenden (OBO-2) is gestart. OBO-2 volgt op een eerder onderzoek Onderzoek Bestrijdingsmiddelen en Omwonenden-1 dat tussen 2015 en 2019 plaats vond.
Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu), Nivel en IRAS onderzoeken of je ziek kunt worden of kan zijn geworden door blootstelling aan bestrijdingsmiddelen in je omgeving. Gekeken wordt naar de effecten op de gezondheid van omwonenden van landbouwpercelen en van agrariërs.
Het doel van OBO-2 is bijdragen aan de verbetering van het toelatingsbeleid van bestrijdingsmiddelen. Dat moet ertoe leiden dat effecten op de gezondheid verdwijnen of tenminste verminderen. Een ander doel is vragen te beantwoorden die leven bij omwonenden, agrariërs en andere betrokkenen. Want veel van hen maken zich zorgen over het gebruik van bestrijdingsmiddelen in hun buurt of bedrijf.
Bij het onderzoek wordt specifiek gekeken naar de volgende ziektebeelden: Ziekte van Parkinson, leukemie bij kinderen, lymfomen bij volwassenen, COPD, astma en acute en chronische klachten die zijn gemeld bij huisartsen. Ook zijn de cognitieve effecten bij kinderen, zoals effecten op de concentratie, oriëntatie, het maken en uitvoeren van plannen, taal, ruimtelijke taken en het geheugen, onderwerp van het onderzoek.
Leefmilieu maakt, net als bij het eerdere onderzoek, deel uit van de maatschappelijke klankbordgroep (KBG). De KBG adviseert het consortium over de uitvoering van het onderzoek en zorgt ervoor dat het onderzoek aansluit bij vragen die leven in de maatschappij. Ook adviseert de KBG bij het begrijpelijk en goed weergeven van de resultaten, de conclusies en de aanbevelingen.
Vanwege de omvang van het onderzoek is het opgesplitst in deelonderzoeken, u kunt hierover meer lezen op de website https://www.bestrijdingsmiddelen-omwonenden.nl/ . De looptijd van het onderzoek is 2023-2031.
.
Leefmilieu neemt deel aan de klankbordgroep ‘Gezonder vergunnen, samen werken aan schonere lucht’ van de Omgevingsdienst Regio Nijmegen. Doel van het project van ODRN is om samen met bedrijven en in samenspraak met bewoners- en milieuorganisaties de luchtkwaliteit in en rond industrieterrein Nijmegen-West en Weurt te verbeteren. Het onderzoek richt zich op bedrijven die relatief veel stikstofoxiden (NOx) en/of fijnstof uitstoten. Samen met de bedrijven en bewoners- en milieuorganisaties worden kansen en mogelijkheden onderzocht om de uitstoot verder te verminderen door te verduurzamen. Gezamenlijk worden best haalbare en presterende technieken onderzocht. Het project is een onderdeel van het landelijke Schone Lucht Akkoord.
Gezamenlijk wordt een lijst met bedrijven opgesteld waar mogelijkheden zijn om uitstoot te verlagen. Bij deze bedrijven wordt onderzocht welke maatregelen er mogelijk zijn om die uitstoot te verlagen. Met de meest kansrijke bedrijven wordt in gesprek gegaan en onderzocht welke maatregelen er gerealiseerd kunnen worden. Dit project wil de omgevingsdialoog bij vergunningverlening, toezicht en handhaving in Nijmegen-West en Weurt vernieuwen. Doel is het onderzoek in oktober 2024 af te ronden.
Verdere informatie:
https://www.odregionijmegen.nl/gezonder-vergunnen/
Bedrijventerrein Nijmegen-West (foto Leefmilieu)
.
Op 25 april deed het Europese Hof van Justitie uitspraak in een zaak die in 2020 was aangespannen door PAN Europe. Het betreft de procedure voor toelating van nieuwe bestrijdingsmiddelen op de Nederlandse markt door het Nederlandse Ctgb (College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden).
Het Hof stelt dat het Nederlandse toelatingsbeleid voor pesticiden niet deugt. Het Ctgb gebruikt bij haar besluitvorming tientallen jaren oude richtlijnen en negeert belangrijke schadelijke effecten en hanteert niet de meest moderne wetenschappelijke inzichten. Dit is in strijd met de Europese verordening op dit gebied. Verder stelt het Hof dat de bescherming van de gezondheid van mens en dier en van het milieu voorrang heeft op de verbetering van de teelt van planten.
Deze uitspraak geldt niet alleen voor Nederland, maar voor alle lidstaten van de Europese Unie. Het Hof van Justitie stelt hiermee dat elk nieuw middel volledig onderzocht moet worden op mogelijke schadelijke effecten voor mens, dier en milieu en dat daarbij de meest actuele wetenschappelijke kennis gebruikt moet worden. Hoewel bestaande toelatingen niet meteen ongeldig worden, zullen pesticiden bij herkeuringen beter moeten worden onderzocht op schadelijke effecten.
Het is de verwachting dat de bestuursrechter deze uitspraak zal volgen, wat gunstig is voor burgers die zich verzetten tegen het spuiten met pesticiden in hun woonomgeving. Het argument: “het middel is goedgekeurd door het Ctgb dus het is veilig” gaat niet meer op, nu het Europese Hof heeft vastgesteld dat het toelatingsbeleid niet voldoet aan de Europese eisen.
Lees hier de 2 arresten van het Europese Hof: ECLI-EU- C-2024-350 en ECLI-EU-C-2024-356
Klik hier voor het persbericht van PAN-NL.
.
Vroeger werd dood hout steevast uit het bos gehaald. Men was bang dat de insecten en kevers die door dood hout worden aangetrokken, ook de gezonde bomen zouden aantasten maar, men deed het ook om het gevaar van bosbranden te verkleinen. Sinds de jaren ‘80 kreeg men meer aandacht voor het belang van dood hout en werd dood hout gezien als een essentiële factor om de biodiversiteit in het bos te verhogen. Sindsdien wordt minder dood hout uit de bossen verwijderd. Sommigen vinden dat bossen er verwaarloosd bij liggen, als het dode hout niet is weggehaald. Dit wordt minder als men het verhaal achter dood hout in het bos kent. Dood hout is essentieel voor de biodiversiteit.
De meeste biodiversiteit ontstaat als er voldoende variatie aan dood hout is: staand en liggend hout in diverse verteringsstadia, in verschillende boomsoorten, dik en dun hout en op zonnige en beschaduwde plekken. Naar schatting zou 20 % van de totale bosfauna rechtstreeks afhankelijk zijn van dood hout, hetzij als voedselbron, hetzij als nestplaats of schuilplaats. Daarnaast zou nog 20 tot 30 % van de soorten indirect afhankelijk zijn van dood hout omdat ze leven van de insecten die in het dode hout leven. In totaal is 50% van de totale bosfauna daarmee afhankelijk van dood hout.
Kevers, insecten, schimmels en paddenstoelen zorgen dat dood hout langzaam wordt afgebroken. Tijdens dit verteringsproces komen er voedingsstoffen vrij in de bodem. De gevormde humus wordt opgenomen door de omringende planten en zorgt bovendien voor een goede kiembodem voor nieuwe bomen en planten. Ongeveer 50% van een dode boom wordt uiteindelijk omgezet in humus. De verteringssnelheid hangt af van de boomsoort. Zo is de verteringssnelheid van een berk of fijnspar 10 tot 50 jaar, van een linde en 25 tot meer dan 150 jaar.
Het ecologisch richtcijfer voor dood hout ligt momenteel op 30 m3 per hectare of 10 % van het totale houtvolume per hectare, zowel dood als levend. Dit is een fractie van wat in oude, natuurlijke bossen voorkomt, waar 100 tot 200 m3 dood hout per hectare voorkomt. Begin 21st eeuw lag de hoeveelheid dood hout op ongeveer 10 m3 per hectare.
Belangrijk om een biodivers bos te krijgen, is dus te stoppen met dood hout uit bos te verwijderen.
Foto: Paddenstoelen op dode boom (foto Leefmilieu).
Bron: https://www.biogroei.nl/kenniscentrum/dood-hout-brengt-leven-in-het-bos
Zie ook: https://www.wur.nl/nl/artikel/hoeveel-dood-hout-is-optimaal.htm
.
Op 12 april 2024 hield Jelmer Buijs een presentatie ‘Bestrijdingsmiddelen in agrarisch gebied en Natura2000’.
Jelmer Buijs, eigenaar van Buijs Agro-Services, doet al vele jaren onderzoek naar bestrijdingsmiddelen in ons milieu en probeert hiermee aandacht te krijgen voor de grote problemen van bestrijdingsmiddelen voor de natuur en voor onze gezondheid.
Tijdens de presentatie ging hij in op zijn onderzoek waarbij in de periode van juni 2022 tot mei 2023 op zeven locaties in Drenthe en op de Veluwe metingen werden gedaan van meer dan 700 bestrijdingsmiddelen. Vier van de meetlocaties waren gelegen in Natura-2000 gebieden en drie in gebieden zonder Natura-2000 status, nabij landbouwpercelen. De aanwezige bestrijdingsmiddelen zijn gedurende een heel jaar gemeten m.b.v. luchtfilters en door metingen van monsters van eikenblad en gras.
Bekijk hier de presentatie van Jelmer Buijs.
.
Leefmilieu heeft samen met Comité Schone Lucht en MOB beroep aangetekend tegen de nieuwe exploitatiesubsidie voor de nog te bouwen biomassacentrale Diemen van Vattenfall.
De subsidie van 400 miljoen euro is door het ministerie Economische Zaken en Klimaat (EZK) in maart 2023 toegekend. Dat is bijna een jaar ná de stop op dit soort subsidies, in april 2022. Het ministerie stopte deze subsidie voor zogenoemde lagetemperatuurwarmte voor warmtenetten en kastuinbouw vanwege de bezwaren uit de samenleving tegen de negatieve effecten voor bossen en biodiversiteit. Biomassa is schaars en dient daarom juist hoogwaardig te worden ingezet om koolstof vast te houden, en niet te worden verbrand. Voor lagetemperatuurwarmte voor warmtenetten en kastuinbouw zijn alternatieven in de vorm van bodemwarmte en aquathermie. Deze dienen juist te worden opgeschaald, vindt de minister van EZK. Het besluit over de nieuwe subsidie is niet openbaar gepubliceerd.
Om inzicht in het besluit te krijgen heeft Leefmilieu een Woo-verzoek (Wet open overheid) ingediend om de aanvraag en het subsidiebesluit te verkrijgen. Ook is alle interne communicatie rond het subsidiebesluit (tussen betrokken overheidsinstanties en Vattenfall) via een Woo verkregen.
Het ingediende bezwaar is door de juridische afdeling van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) afgewezen. De drie milieuorganisaties zijn nu in beroep gegaan bij het College van Beroep voor het Bedrijfsleven (CBB). Zij vragen om de subsidie in te trekken, en beschikbaar te stellen voor échte hernieuwbare energie en energiebesparing zoals woningisolatie.
Klik hier voor meer informatie over dit onderwerp
.
Citizen Science Communicty Nijmegen: Burgeronderzoek in de leefomgeving
Burgerwetenschap is een innovatieve benadering voor wetenschappelijk onderzoek, waarbij burgers een actieve rol spelen. Via allerlei netwerken worden wetenschappers geholpen. De insteek van Citizen Science Community Nijmegen (CSCNijmegen) is om valide en betrouwbare luchtmetingen uit te voeren om inwoners meer te betrekken bij zowel de wetenschap als hun leefomgeving. Sinds 2023 is CSCNijmegen een stichting met een ANBI status en kan daardoor ook fondsen werven.
Eén van de projecten is ‘Lentse Luchten’. Doel van dit project is onderzoeken of te bepalen is welke invloed de prins Mauritssingel, rivier de Waal en/of industrieterrein TPN West hebben op de luchtkwaliteit in Lent/Oosterhout. Hiervoor is een meetnet van PM2.5 sensoren opgezet dat iedere minuut de concentratie fijnstof meet. Hiervoor worden Ohnics sensoren gebruikt die CSCNijmegen zelf maakt, betaalt en onderhoudt. Meetgegevens zijn te vinden op hun website en op https://ohnics.nl/#Lent.
Er is veel belangstelling voor deze sensoren uit andere Nijmeegse wijken en ook buiten Nijmegen, omdat ze relatief goedkoop zijn en toch betrouwbare data leveren. Elke 5 seconden wordt lucht aangezogen, verwarmt, en telt een lezer de stofdeeltjes die voorbij komen. Het oorspronkelijke meetnet van 10 sensoren is opgezet in de 2e helft van 2021 in Lent. In oktober 2023 is het uitgebreid met 9 sensoren (nog 1 te plaatsen) in Oosterhout. Er wordt hard gewerkt aan het automatiseren van de data analyse en het ontwikkelen van een goede manier om deze data voor iedereen weer te geven en te visualiseren.
Naast het project Lentse Luchten is CSCNijmegen ook opdrachtgever bij diverse IT projecten bij HAN in Arnhem, en bij GeoScience projecten in Den Bosch. In Nijmegen informeren ze wijkraden en ambtenaren via het 7-Wijkenoverleg over luchtverontreiniging in Nijmegen west en enthousiasmeren leerlingen om ook burgerwetenschapper te worden.
CSCNijmegen werkt met drie bestuursleden, een 20-tal leden en enkele externen aan deze activiteiten. Ze zoeken hulp om de uitbouw van de site te verbeteren, en om de data steeds beter te verspreiden onder inwoners van Nijmegen. Mocht je kunnen bijdragen, stuur dan een mail naar info@cscijmegen.nl
Meer informatie op de website van CSCNijmegen: https://www.cscnijmegen.nl
Meer informatie burgerwetenschap: https://www.rivm.nl/burgerwetenschap
.
PFAS (per- en polyfluoralkylstoffen) is een verzamelnaam voor zo’n 6.000 chemische stoffen die gebruikt worden om producten water-, vuil-, stof- of vetafstotend te maken. PFAS-stoffen zijn schadelijk voor mens en milieu, breken niet af en hopen zich op in toenemende mate op in mens dier en plant.
Minder bekend is dat er ook PFAS-stoffen zijn die als pesticiden op groenten en fruit worden gespoten en daarmee ons voedsel kunnen besmetten, met als gevolg een rechtstreekse blootstelling van de consument aan PFAS-stoffen. Er bestaan weliswaar wettelijke normen voor de maximale hoeveelheden van individuele bestrijdingsmiddelen in ons voedsel, maar gezien de lopende discussies bestaan er gerede zorgen dat de risico’s worden onderschat, met name voor deze PFAS-stoffen en wanneer je meerdere van deze stoffen tegelijkertijd binnen krijgt.
Het gebruik van PFAS-stoffen als pesticiden draagt rechtstreeks bij aan de vervuiling van de bodem, het oppervlaktewater en de voedselketen. In de Europese Unie gaat het om enkele tientallen PFAS-stoffen die goedgekeurd zijn om als pesticiden gebruikt te worden.
Veel boeren weten echter niet dat zij PFAS-stoffen als pesticiden gebruiken, omdat op de etiketten van die middelen niet hoeft te staan dat het om PFAS-stoffen gaat. Sinds 2021 loopt er een traject om het gebruik van PFAS-stoffen in Europa te verminderen, maar juist het gebruik van PFAS-stoffen in pesticiden voor groenten en fruit is hiervan uitgesloten. Voor Pesticiden bestaat er namelijk een eigen Europese regeling waar deze stoffen onder zouden vallen, maar die biedt nog onvoldoende bescherming tegen PFAS-pesticiden.
Uit onderzoek van PAN-Europe over de periode 2011-2021 blijkt nu dat we in Europa in toenemende mate aan cocktails van PFAS-pesticiden in fruit en groenten worden blootgesteld. De blootstelling van de consument aan PFAS-stoffen via het voedsel is in deze periode verveelvoudigd.
Dit is zorgelijk, want PFAS-stoffen zijn schadelijk voor onze gezondheid, niet afbreekbaar en hopen zich op in ons lichaam. Verder leidt het gebruik van PFAS-pesticiden tot een steeds verdere verspreiding van PFAS-stoffen in milieu. Alle reden om op te roepen tot een verbod op alle PFAS-pesticiden.
Van het onderzoek is een verkorte Nederlandse versie beschikbaar met de resultaten die vooral op Nederland betrekking hebben. Zo was bijvoorbeeld in 2021 van de in Nederland geteelde aardbeien- en komkommermonsters 70% besmet met PFAS-pesticiden. Ook bevat deze versie de omzetcijfers van PFAS-pesticiden in Nederland in de onderzoeksperiode.
Lees hier de Nederlandse versie van het onderzoek: Giftige oogst
En het bijbehorende Persbericht
In de uitgebreide Engelse versie staan de onderzoeksresultaten van alle betrokken EU-landen.
Lees hier het Engelse rapport met alle onderzoeksresultaten: Toxic Harvest-Report
Lees hier de Briefing van dit onderzoek: Toxic Harvest-briefing
.
Antoinette Verbrugge wint eerste ‘Marga Jacobs Milieuprijs’ voor haar inzet voor gezondheid omwonenden Tata Steel
Nijmegen, 28 januari 2024 - Antoinette Verbrugge uit Wijk aan Zee, de drijvende kracht achter ‘Gezondheid op 1’, heeft de eerste Marga Jacobs Milieuprijs gewonnen. Ze ontving de prijs vandaag uit handen van juryvoorzitter Margot Ribberink voor haar inzet voor de gezondheid van omwonenden van Tata Steel. De tweejaarlijkse prijs is ingesteld als eerbetoon aan de in 2020 overleden milieuactiviste Marga Jacobs en is nu voor het eerst uitgereikt.
De jury* was erg te spreken over de inzet en werkwijze van winnaar Verbrugge. Juryvoorzitter Ribberink: ‘Antoinette gebruikt een variatie aan strategieën om mensen te ‘empoweren’, van klassiek mobiliseren, informeren en bewust maken tot het zoeken van interactie met kunstenaars en theatermakers. Ze zoekt zelfs de verbinding in het theater met in de zaal ook mensen van Tata Steel. Dat is heel vernieuwend!’ De jury was ook onder de indruk van hoe Verbrugge vanuit het lokale, allerlei landelijke milieu-, gezondheids- en verwante experts en organisaties weet te verbinden. Ribberink: ‘Dat is hard nodig want niet alleen in de IJmond gaat het slecht met gezondheid van mensen in relatie tot het milieu, dat is helaas op veel meer plaatsen het geval. Antoinette is dan ook een voorbeeld in de geest van Marga Jacobs.’
Lof voor alle genomineerden
Andere genomineerden voor de Marga Jacobs Milieuprijs waren, Kien van Hövell tot Westerflier van Landgoed Grootstal, Roderick Peters, fijnstof/citizen science in Lent en Maria Berkers van Stop de Stank uit Deurne. De jury had veel lof voor alle vier de genomineerden en had het liefst alle vier de prijs gegund. Ze had dan ook mooie woorden voor de andere genomineerden.
Lees hier het hele persbericht
Lees hier het minicollege van Pieter Leroy
Lees hier de Column van Rob Jaspers
Herinnering aan Marga van Henk Nijhuis
Herinnering aan Marga van Rutger Jan Pessers
Herinnering aan Marga van Eric van Kaathoven
.
Op zondagmiddag 28 januari (14.30- 17.00 uur) wordt bij First things first in de oude HONIG fabriek in Nijmegen de allereerste Marga Jacobs Milieuprijs uitgereikt.
Thema van de dag: Milieupositivisme in een dramatische wereld, hoe houd je energie?
De jury zal de prijs uitreiken aan de winnaar en de keuze toelichten. In het programma zullen daarnaast diverse sprekers reflecteren op het thema van de middag. Tevens is er is een muzikale omlijsting en gelegenheid tot napraten.
Klik hier voor meer informatie over de Marga Jacobs Milieuprijs.
.
Tegengas Nijmegen wil een referendum om de bouw van een nieuwe aardgascentrale in Nijmegen te voorkomen. De Gemeenteraad van Nijmegen behandelt op 31 januari 2024 het bestemmingsplan waarin de bouw wordt toegestaan.
Uiterlijk 24 januari om 12:00 uur moeten 850 handtekeningen binnen zijn voor een inleidend verzoek. Alle kiesgerechtigde inwoners van Nijmegen mogen tekenen. Dat kan online via de website https://tegengasnijmegen.nl/ . Via de knop op de website kom je op de website van de gemeente. Daar kun je ondertekenen.
.
RWE, het grootste energiebedrijf in Nederland, is dit najaar gestart met de milieu-procedure om haar twee kolencentrales Amer en Eemshaven om te bouwen naar 100% biomassaverbranding met CO2-afvang en -opslag (BECCS: Bioenergy with Carbon Capture and Storage). De nog op te stellen milieu-effectrapportages dienen als milieurapport bij de in te dienen vergunningaanvragen. Met dit initiatief spant RWE het paard achter de wagen. Uit vele studies blijkt dat BECCS een valse belofte is en desastreus voor klimaat en biodiversiteit. De technologie is onbewezen, peperduur, stoot CO2 uit en is zeer schadelijk voor bossen en natuur.
RWE wil in de kolencentrale Eemshaven jaarlijks 6 miljoen ton biomassa verbranden, en in de kolencentrale Amercentrale jaarlijks 2.5 miljoen ton. In totaal 8.5 miljoen ton. Uitgaande van hout als biomassa zou het gehele Nederlandse bos in ruim 4 jaar zijn kaalgekapt en opgestookt.
Per saldo geen afvang van CO2
Wetenschappers geven aan dat de zogenaamde ‘klimaatmaatregel BECCS’ juist CO2 uitstoot in plaats van afvangt. Zo gaf wetenschapper dr. Tim Searchinger van de Princeton Universiteit (VS) tijdens het Rondetafelgesprek biomassa op 15 juni jl in de Tweede Kamer dit nogmaals aan. Bij BECCS ziet de energiesector met opzet een aantal grote CO2-emissies over het hoofd. Daardoor wordt biomassaverbranding met CO2-afvang en opslag volledig ten onrechte CO2-negatief genoemd.
BECCS is een poging van energiebedrijven om hun kolen- en energiecentrales op biomassa te blijven stoken, en daarvoor subsidies op te strijken. Klimaatsubsidies dienen niet aan biomassaverbranding of aan BECCS te worden uitgegeven maar aan échte duurzame energie zoals wind- en zonne-energie, en aan energiebesparing.
Lees hier meer over BECCS in artikel van FERN (Engels)
Bekijk position paper Tim-Searching
.
Op 1 november 2023 vond in Amersfoort het slotsymposium van het SUSPECt project plaats, een project waar Leefmilieu in de klankbordgroep zat. SUSPECt staat voor Support Tools for Risk-based Prioritization and Control of Contaminants of Emerging Concern.
In dit project zijn nieuwe instrumenten ontwikkeld om de aanwezigheid en effecten van gifstoffen in water te voorspellen; zowel in de stad als op het platteland. Tijdens het slot symposium werden deze nieuwe instrumenten gepresenteerd aan de hand van een studie in het stroomgebied van de rivier de Eem. Deze studie bevestigde 2 belangrijke conclusies:
1. De waterkwaliteit in een stroomgebied kan gedurende het jaar worden voorspeld als bekend is welke stoffen in welke hoeveelheden binnen dit gebied worden gebruikt; hetgeen nauw samenhangt met het landgebruik. Voor twee typen stoffen en landgebruik is in SUSPECt aangetoond dat dit goed werkt, namelijk voor medicijnresten in stedelijke gebieden en voor veterinaire medicijnen in de veeteelt. Dat is betekenisvol, omdat voorspeld kan worden of het watersysteem deze gifstoffen aankan.
2. De waterbeheerder kan aan de hand van de SUSPECt-werkwijze vaststellen welke bronnen bijdragen aan de toxische druk; en, als de toxische druk ergens te hoog wordt, welke maatregelen het meest effectief zullen zijn. Zo kan de waterbeheerder de bedreigingen voor de waterkwaliteit in kaart brengen. Daarna kan de waterbeheerder, samen met de regionale belanghebbenden, de meest effectieve maatregelen nemen om te voorkomen dat de waterkwaliteit wordt aangetast of om deze gericht verbeteren.
Klik hier voor meer informatie
Lees hier het verslag van de dag en de presentatie
.
December 2023. Zogenoemde transportbiobrandstoffen worden als vervanger voor fossiele brandstoffen voor vervoer ingezet. Deze klimaatmaatregel is het paard achter de wagen. Transportbiobrandstoffen worden gemaakt van plantaardig of dierlijk materiaal. Het gaat bijvoorbeeld om palmolie- en sojarestafval, koolzaad, maïs en tarwe, afvalvet uit slachthuizen en gebruikt frituurvet. Biobrandstof uit palmolie en sojaolie is vanaf 1 januari 2022 wettelijk uitgesloten. Reden hiervoor is dat voor de aanleg van sojavelden en palmolieplantages regenwoud wordt gekapt.
Biobrandstof uit soja en palmolie is daardoor beduidend slechter voor het klimaat dan fossiele brandstof. Om landbouwgrond te verkrijgen, worden mensen van hun land verjaagd. Leefgebieden van bedreigde diersoorten zoals de orang-oetan, worden steeds kleiner.
De uitfasering van palmolie en sojaolie als energiegewassen geldt helaas niet voor andere voedselgewassen zoals koolzaad, suikerriet, mais of tarwe. Voor deze gewassen is zoveel landbouwgrond nodig, dat ook hiervoor regenwoud wordt gekapt. Transportbiobrandstoffen uit voedselgewassen zijn daardoor bijna 2 keer schadelijker voor het klimaat dan de fossiele variant. Herbebossing van land is beter voor het klimaat, dan het telen van gewassen voor biobrandstoffen. Dat haalt meer CO2 uit de lucht dan de CO2-uitstoot die door het gebruik van de biobrandstof wordt bespaard.
Op 28 november jl. maakte een vliegtuig van Virgin Atlantic Airways de eerste transatlantische vlucht op pure biobrandstof. Transport & Environment (T&E) berekende dat voor zo’n vlucht het afvalvet van 8.800 geslachte varkens nodig is. Zo wordt de intensieve varkenshouderij in stand gehouden. Bovendien maken andere sectoren al gebruik van deze dierlijke ‘reststromen’. Als deze nu ingezet worden als biobrandstof dreigt de zeep- en diervoedingsector over te stappen op onder meer palmolie. Dit heeft tot gevolg méér CO2-uitstoot in plaats van minder. Ook biobrandstof uit gebruikte frituurolie heeft forse nadelen. Veel van de gebruikte frituurolie komt uit China. Dit heeft indirecte CO2-effecten tot gevolg, doordat de Chinezen voor hun eigen verbruik overschakelen op palmolie. Afvalvet en afgewerkte frituurolie als input voor biobrandstof blijken ook fraudegevoelig in de praktijk, omdat er veel geld mee valt te verdienen.
Het gebruik van biobrandstoffen uit plantaardig en dierlijk materiaal is een valse klimaatoplossing die de overstap naar duurzaam vervoer blokkeert. Overheidsbeleid dient in te zetten op minder en schoner vervoer, minder vliegen, minder met grondstoffen over de wereld slepen, beter openbaar vervoer, fietsvriendelijke steden en elektrische (deel-)voertuigen.
Meer over biobrandstoffen in Europa (Engels artikel)
.
November 2023. Na een stevige lobby van de chemische industrie en boerenorganisaties geeft de EU voor nog eens 10 jaar toestemming voor het gebruik van het onkruidbestrijdingsmiddel glyfosaat.
Deze toestemming is zwaar omstreden omdat wetenschappelijke studies een verband aantonen tussen glyfosaat en verschillende gezondheidsproblemen, waaronder kanker, doodgeboorten, misvormingen, autismespectrumstoornissen en de ziekte van Parkinson. Ook is aangetoond dat glyfosaat negatieve effecten heeft op bodemleven, waterkwaliteit en biodiversiteit. Daarmee is het besluit ook in strijd met de bestrijdingsmiddelenwetgeving van de EU, die prioriteit geeft aan de bescherming van gezondheid en biodiversiteit boven economische belangen.
Redenen te over voor een aantal NGO’s (PAN Europe, Générations Futures, Global2000, PAN Duitsland en PAN Nederland) om de goedkeuring van glyfosaat aan te vechten bij het Europese Hof van Justitie. Hiermee hopen zij te bewijzen dat de hernieuwde goedkeuring van glyfosaat niet in overeenstemming is met de EU pesticidenverordening.
Voorafgaand aan de stemming over de hernieuwde toelating van glyfosaat riepen al tal van wetenschappers en maatschappelijke organisaties in Europa op om tegen te stemmen. Zo stuurden in Nederland 159 wetenschappers een brandbrief aan de betrokken ministers om tegen de verlengde toelating van glyfosaat te stemmen. In deze brandbrief werd onder meer een duidelijk verband gelegd tussen glyfosaat en de ziekte van Parkinson. Ook sprak onze Tweede Kamer zich voorafgaand aan de stemming uit tegen een verlenging van de toelating van glyfosaat. Desondanks stemde de Nederlandse vertegenwoordiging niet tegen het voorstel, maar onthield zich van stemming. Helaas woog ook hier het belang van de agro-industrie zwaarder dan dat van de volksgezondheid en het milieu.
Lees hier het persbericht van de NGO’s
Lees hier de brandbrief van de 159 wetenschappers
.
In 2020 overleed Marga Jacobs, voorzitter van de vereniging Leefmilieu (zie foto). Een groot deel van haar leven heeft ze zich belangeloos ingezet voor het ondersteunen van mensen die opkomen voor het lokale leefmilieu. Zij deed dat met veel passie en op een geheel eigen wijze waarbij ze mensen steeds met elkaar wist te verbinden.
Het bestuur van Leefmilieu heeft het initiatief genomen om Marga te eren met een tweejaarlijkse milieuprijs. Daarmee willen we tegelijkertijd mensen een pluim geven die zich met vergelijkbare energie als Marga inzetten voor een beter leefmilieu.
28 januari 2024 wordt de Marga Jacobs Milieuprijs voor de eerste keer uitgereikt.
De jury bestaat uit emeritus hoogleraar Milieukunde Pieter Leroy, weervrouw Margot Ribberink, journalist Rob Jaspers, voorzitter van vereniging Leefmilieu, Claudia van Steen, en echtgenoot van Marga Jacobs, Wil Janssen.
De nominatie is inmiddels gesloten. Nomineren van iemand die wel een pluim verdient voor zijn/haar inzet voor het milieu, kon tot uiterlijk 30 oktober 2023.
.
Sinds 2000 is de Europese de Kaderichtlijn Water (KRW) van kracht.
In de KRW staat voor alle wateren in Europa aan welke kwaliteit ze in 2027 moeten voldoen. Maar met het realiseren van deze kwaliteit schiet het in Nederland nog niet op. Zo was bijvoorbeeld in 2020 de kwaliteit van 90% van de Nederlandse oppervlaktewateren niet op orde door een teveel aan meststoffen.
Mocht het Nederland niet lukken om aan de doelen van de KRW te voldoen, dan kan dat ook juridische consequenties hebben. Zo kunnen activiteiten stil komen te liggen door een verbod van een lozing op het riool of het oppervlaktewater, of door het verbieden van de onttrekking van grondwater. Ook kunnen we te maken krijgen met boetes vanuit de Europese Unie.
Wat nu?
In mei dit jaar publiceerde de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) het advies ‘Goed water goed geregeld’. Dit advies biedt een lezenswaardige analyse waarom de kwaliteit van het Nederlandse water nog steeds niet aan de Europese normen voldoet en wat er zou moet gebeuren om wel aan deze eisen te gaan voldoen.
De Rli constateert dat het huidige en voorgenomen beleid om de waterkwaliteit te verbeteren en de uitvoering daarvan tekortschieten. Oorzaken zijn onder meer een gebrek aan urgentiebesef, een te grote vrijblijvendheid bij de keuze voor en het gebruik van beschikbare beleidsinstrumenten, en een gebrekkige invulling en uitvoering van taken en verantwoordelijkheden. Zo zijn bijvoorbeeld de huidige algemene regels voor meststoffen, gewasbeschermingsmiddelen en het lozen van gevaarlijke stoffen niet voldoende om de KRW-doelen kunnen te halen. Aanvullende maatregelen zijn dus nodig.
De Rli doet onder meer de volgende aanbevelingen:
- Laat de KRW-doelen expliciet en bindend doorwerken in de wetgeving, regelgeving en besluitvorming op alle betrokken beleidsterreinen.
- Scherp de algemene regels voor meststoffen, gewasbeschermingsmiddelen en het lozen van gevaarlijke stoffen aan, zodat deze aansluiten op de doelen van de KRW.
- Zorg dat er een totaaloverzicht komt van alle vergunningen voor wateronttrekkingen en lozingen van de verschillende stoffen.
- Room het aantal fosfaat- en dierrechten dat wordt verhandeld stapsgewijs af en neem ze uit de handel.
- Reken de effecten van alle huidige en voorgestelde maatregelen door en neem zonodig aanvullende maatregelen.
Link naar het advies ‘Goed water goed geregeld’ van de Rli
Link naar het persbericht van de Rli
Link naar de kabinetsreactie op het advies
.
Waar staan we met de stikstofrechtspraak, in het 5e jaar na de PAS uitspraak van 29 mei 2019 en met Tweede Kamerverkiezingen in het vooruitzicht? De vele rechtszaken, die onder meer Leefmilieu gevoerd heeft, hebben inmiddels tot behoorlijk wat ‘stikstofjurisprudentie’ geleid. Er zijn zaken gewonnen en verloren, waarbij winst en verlies zich niet altijd één op één vertaalt naar winst of verlies voor de natuur. De stikstofjurisprudentie gaat altijd enkel over gebiedsbescherming (de N2000-gebieden), niet over bescherming van natuur en soorten buiten deze gebieden.
Valentijn Wösten, jurist, geeft op zijn website (https://w-ja.nl/) een uitgebreid overzicht van de gevoerde zaken met uitleg over de betekenis van de uitspraak.
Helaas moet de conclusie getrokken worden dat wetgever en bestuur meer bezig zijn met stikstofemissies aan de vergunningplicht te onttrekken dan met de noodzakelijke emissiereductie-opgave. Voorbeelden hiervan zijn de bouwvrijstelling (stikstof die vrijkomt tijdens bouw, wordt niet meegerekend), emissies beweiden en bemesten (geen aparte natuurvergunning nodig) en de 25 km afkap bij verkeersemissies (stikstof die verderop neerslaat, wordt niet aan de weg toegerekend). Dit is zeer treurig omdat je daarmee enkel een juridische obstakel wegneemt, en het echte (ecologische) probleem in stand laat.
Dan zijn er nog onduidelijkheden over de zogenaamde emissiearme stalsystemen. Vanwege onbewezen effectiviteit, worden nieuwe nauwelijks vergund, maar wat met de systemen die al staan en dus meer uitstoten dan destijds aangevraagd? En de vergunningen waar latente ruimte (meer emissie vergund dan werkelijk plaatsvindt) in zit, wat gaat daarmee gebeuren? Bij uitblijven van beleid en besluiten op dit vlak, blijft alleen de route naar de rechter over om hier duidelijkheid over te krijgen en ongewenste ontwikkelingen tegen te houden. Een zeer grote klus voor de milieujuristen die zich hiermee bezig houden. En de natuur holt ondertussen nog steeds achteruit….
Lees meer op https://w-ja.nl/overzicht-van-bijna-5-jaar-stikstofrechtspraak/
.
Op zaterdag 8 juli 2023 organiseerde Stichting Houtrookvrij samen met Leefmilieu te Apeldoorn een informatieve middag rondom de handhavingsactie overlast houtstook. Deze handhavingsactie heeft tot doel om gemeenten tot meer actie en onderzoek aan te zetten. Op deze (erg warme) zaterdag kwamen mensen bijeen, die vrijwel allen overlast ervaren door houtstook van buurtgenoten. De een al zeer actief om te proberen deze overlast te stoppen, de ander nog zoekende wat de mogelijkheden hiervoor zijn. Elkaar ontmoeten en ervaringen uitwisselen maakte de bijeenkomst al zeer waardevol.
Daarnaast waren er diverse presentaties om informatie te delen:
- - Hoe kunt u als burger invloed uitoefenen op schone lucht in uw eigen leefomgeving?
- - Toelichting over de handhavingsactie houtrookoverlast; o.a. juridische praktijkvoorbeelden
en informatie over het verloop van de handhavingsprocedure. - - Het belang van het indienen van een handhavingsverzoek.
- - Ervaringsdeskundigen vertelden over het meten van fijnstof met sensors.
- - Burgers deelden hun ervaring na toenadering tot hun gemeente te hebben gezocht.
U kunt nog steeds, zeker nu het stookseizoenweer begint, een handhavingsverzoek indienen bij uw gemeente. Kijk voor meer informatie op onderstaande links.
Klik hier voor een uitgebreid verslag van de bijeenkomst
Klik hier voor meer informatie over de handhavingsactie op de website van Houtrookvrij.
Op 14 april gaf Ted van Hees een presentatie over 'Land van Ons'.
Land van Ons is in 2019 is opgericht door enkele burgers die niet langer aan de zijlijn wilden staan bij het natuurvriendelijker maken van de landbouw. Zij constateerden de traagheid van onze overheid en namen het heft in eigen handen.
Als burgercoöperatie koopt Land van Ons landbouwgrond namens duizenden (inmiddels al zo’n 23.000) deelnemers. Op dit land herstellen ze de biodiversiteit en het landschap en kunnen pachters duurzaam en rendabel boeren. Beheer van boerenland zonder kunstmest en chemische middelen, waar kruiden, insecten, vogels, wormen en andere dieren de ruimte krijgen.
Als deelnemer draag je zo concreet bij aan de verduurzaming van de landbouw, dit kan al vanaf 20 euro per jaar.
Ted van Hees is lid en ambassadeur van Land van Ons en vertelde ons in deze presentatie meer over de werkwijze en de reeds behaalde resultaten van Land van Ons.
Bekijk hier de hele presentatie.
.
Maart 2023. Mobilisation en vereniging Leefmilieu zijn 40 nieuwe procedures gestart in vier provincies: Overijssel, Gelderland, Brabant en Limburg. Gevraagd wordt om intrekken van de stikstofvergunning van 40 piekbelasters. De organisaties eisen dat werk wordt gemaakt van het Remkes-advies dat in 2022 adviseerde om 500 piekbelasters binnen 1 jaar te laten stoppen.
.
Op 17 maart is de handhavingsactie voor houtrookvrije lucht van start gegaan. Het doel van deze actie is gemeenten duidelijk maken dat ze in het kader van een handhavingsverzoek van houtrookoverlast hun onderzoeksplicht serieus moeten nemen. Op dit moment is dat onderzoek veel te beperkt. Veelal gaat de handhavende ambtenaar slechts een keer ruiken, en wordt het handhavingsverzoek afgewezen. De Raad van State stelt in een uitspraak over een handhavingsverzoek met betrekking tot houtstookoverlast van een bewoner tegen de gemeente Borsele dat de gemeente meer kennis had moeten vergaren over de overlast. Ze had beter onderzoek naar de bron van overlast moeten doen. Het waren hier juist de burgers die hun handhavingsverzoek met fijnstofmetingen konden onderbouwen. De uitspraak van de Raad van State maakt de weg vrij voor deze collectieve actie.
De actie start o.a. in de gemeenten Barneveld, Leeuwarden, Rheden, Woudenberg en Zutphen. De bewoners die last van houtrook hebben vragen in hun handhavingsverzoek dat de gemeente degelijk onderzoek doet naar de luchtkwaliteit in hun leefomgeving. De juridisch verantwoorde tekst van het handhavingsverzoek kwam in samenwerking met de Stichting HoutrookVrij en een advocatenkantoor tot stand. Bij de actie zijn organisaties als de Vereniging Leefmilieu en de actiegroepen Stop Houtrook Nu, Houtrookvrij Zutphen, Friezen voor Frisse lucht, Schone Lucht Nijmegen en Houtrookvrij Barneveld betrokken.
Wie zelf mee wil doen aan de actie kan gratis het handhavingsverzoek en stappenplan downloaden op de site van de Stichting HoutrookVrij. Op dezelfde webpagina staat ook een toelichting op de handhavingsprocedure. De Stichting HoutrookVrij volgt uitsluitend het verloop van de actie en levert geen juridische ondersteuning. De Stichting brengt wel in beeld welke gemeente wel en niet gaat handhaven.
Lees hier de uitspraak Raad van State
Bekijk het Stappenplan op de website van Houtrookvrij.
Als u daar de stappen ‘uitklapt’ vindt u daar ook de diverse downloadlinks
.
Maart 2023. Ondanks de grote twijfels over de haalbaarheid van de goedkeuring van de nieuwe stikstofwet, heeft wel de internetconsultatie voor deze wet plaatsgevonden. Met een internetconsultatie kan ieder die dit wil een reactie geven op de wet.
Wij hebben grote zorgen over een aantal aspecten van de nu voorgestelde wet, onder meer:
- De wet blijft ruimte bieden aan intern en extern salderen. Dit brengt het grote risico met zich mee dat ´latente ruimte´ (= wel vergunde, maar niet benutte ruimte) gebruikt wordt voor nieuwe (uitbreidings)vergunningen. Hierdoor neemt de emissie van stikstof op papier niet, maar feitelijk juist wel toe.
- De ijkmomenten 2025, 2028 die in de wet staan om te bepalen of de overheid op koers ligt voor de doelen voor 2030, bieden onbegrensde mogelijkheden om de doelen wederom vooruit te schuiven voor onbepaalde tijd.
- Er wordt gesuggereerd dat er mogelijk een alternatief is voor de Kritische Depositie Waarde, zodat de depositie mogelijk niet in alle gebieden onder deze KDW hoeft te komen. Echter deze KDW is gebaseerd op jarenlang wetenschappelijk onderzoek. Een dergelijk goed onderbouwd criterium voor de staat van instandhouding is ons inziens dan ook niet op korte termijn te verwachten.
.