Op deze pagina vindt u een overzicht van de workshops en symposia die Leefmilieu in 2015 heeft georganiseerd, of waaraan Leefmilieu een bijdrage heeft geleverd.
De volgende symposia / workshops worden hier beschreven:
- Mediatraining voor Stop de Stank Deurne november 2015
(Deurne, 28 november 2015, mediatraining) - Werkconferentie op oktober 2015: oplossingen voor laagfrequent geluid
(Nijmegen, 16 oktober 2015, werkconferentie) - Burgers meten liever zelf
(Nijmegen, 24 juni 2015, presentatie Geonovum) - Ambitie PAS is veel te laag
(Utrecht, 24 april 2015, presentatie PAS)
Mediatraining voor Stop de Stank Deurne op 28 november
Op verzoek van de vereniging Stop de Stank Deurne, die al meerdere jaren lid is van Leefmilieu, heeft de vereniging Leefmilieu een mediatraining ontwikkeld. Deurne ligt in Brabant in een gebied waar enorm veel intensieve veehouderij gevestigd is en Stop de Stank zet zich al jaren in voor de bestrijding van de overlast en risico’s hiervan. De vrijwilligers van Stop de Stank Deurne worden regelmatig gevraagd om te reageren in de lokale en landelijke media en daarom wilde het bestuur (potentiële) woordvoerders graag ervaring laten opdoen.
De training vond op 28 november 2015 plaats in het Gerardushuis in Deurne waar we gastvrij werden onthaald met koffie, thee en bananencake. Als start werd er ingegaan op de journalistieke blik op het nieuws: “wat is nieuwswaardig volgens journalisten”. Daarna werd in twee ronden geoefend met een standpuntbepaling en een kort interview voor camera. Vanuit de gedachte dat iedereen misschien niet ervaren is als woordvoerder, maar wel als kijker, gaven de aanwezigen elkaar feedback in de vorm van een Tip (voor verbetering) en een Top (dat is prima).
De uitkomst was dat deelnemers vaak met een heel kritische blik naar het filmpje van zichzelf kijken, maar het filmpje van een ander heel goed vinden. Kortom je bent naar jezelf waarschijnlijk te kritisch. Misschien niet heel verassend, maar wel goed om te beseffen, dat iedereen wat milder mag kijken naar het eigen optreden. Een verrassender punt was dat de 10 deelnemers op dezelfde vraag: “Wat is er volgens jou hier in Deurne aan de hand?”, heel verschillende antwoorden gaven. Sommigen antwoorden bijvoorbeeld vanuit hun persoonlijke overlast situatie, anderen met een blik gericht op de politiek of vanuit een milieuperspectief. Samengenomen vormden de reacties een mooi compleet beeld van de problematiek in Deurne. Een inspirerende uitkomst.
Werkconferentie op 16 oktober: oplossingen voor laagfrequent geluid
Op 16 oktober 2015 organiseerde de vereniging Leefmilieu samen met de stichting Laagfequent Geluid en Edwin Buikema van ingenieursbureau Peutz een werkconferentie over laagfrequent geluid (LFG). Er waren 25 mensen uitgenodigd om na te denken over oplossingen voor LFG. Bij de oplossingen werd in twee richtingen gekeken: naar de mens en naar de geluidsbron.
Bij overlast ligt het startpunt van het proces altijd, daar waren de aanwezigen het over eens, in het meten van het geluid. Vervolgens kun je dan de bron opsporen en het probleem technisch proberen te verhelpen. Gaandeweg tijdens de werkconferentie bleek dat als bedrijven de bron zijn van de LFG overlast, er veel mogelijkheden zijn om de overlast op te lossen. Als het moet via de rechter, LFG wordt door rechters aangemerkt als objectiveerbare hinder: hinder die onderzocht moet worden. Maar wat kun je doen als de bereidheid om te meten er bij de lokale overheid niet is? Dan is het belangrijk dat burgers samenwerken.
Het probleem LFG is het moeilijkst oplosbaar als deskundigen geen LFG meten en de betrokken toch overlast ervaren door een bromtoon. De suggestie, die gedaan werd, is om dan onderzoek te gaan doen bij de mensen die ziek worden. Ga bijvoorbeeld na of niet-akoestische prikkels verantwoordelijk kunnen zijn voor dit fenomeen. De GGD in Gelderland is gestart met een dergelijk onderzoek naar aanleiding van de bromtoon in Zutphen en de vele andere meldingen waarbij geen bron aangewezen kon worden. Een andere suggestie werd gedaan om, in navolging van Denemarken, in Nederland een ruimte in te richten, waarin de persoonlijke waarnemingsdrempel van mensen van LFG bepaald kan worden.
Kortom: LFG is in eerste instantie een milieu-probleem en als de bron van het geluid niet gevonden kan worden, blijft er in ieder geval een taai gezondheidsprobleem over. Beide problemen verdienen een oplossing: door bronnen op te sporen en aan te pakken, wat nog lang niet altijd gebeurt, én door te gaan zoeken naar de oorzaken van ziekmakende bromtonen die niet door geluid veroorzaakt worden.
Klik hier voor een samenvatting van de dag
Bekijk hier de presentaties:
- Presentatie van Edwin Buikema: Hooggevoelig voor LFG
- Presentatie van Theo Campmans: Reductie LFG - 2 Cases Grote kleine ketels
- Presentatie van Coert van den Enk: Bromtoon in Zutphen
- Presentatie van Dirk van der Plas: Presentatie SLG
- Presentatie van Bewoner Den Bosch: LFG, je zal er maar last van hebben
- Presentatie van Suzanne Eekhout: Juridische oplossing voor LFG
- Presentatie van Jan van Muijlwijk: Op zoek naar de bron
Burgers meten liever zelf
Op 24 juni 2015 hield Marga Jacobs, voorzitter van Leefmilieu, een presentatie over het burgerperspectief op meten. Ze presenteerde voor allemaal experts uit het hele land op een bijeenkomst georganiseerd door Geonovum. Veel waarden over fijnstof, stikstofoxide of ammoniak in de lucht komen tot stand door berekeningen en vaak blijkt dat burgers graag willen dat er niet alleen berekend wordt, maar ook gemeten. En het liefst doen ze dat zelf. Nu is meten technisch en duur, tenminste als je het goed wilt doen. Het goed meten van de luchtkwaliteit, zoals dat op dit moment door het RIVM wordt uitgevoerd voor heel Nederland, kost ieder jaar miljoenen. Op de onderstaande foto’s is een van die meetstations te zien in Nijmegen. Het ziet eruit als een flink tranformatorhuis met allerlei meetapparatuur op het dak. Daarbinnen wordt de ruimte koel gehouden en draaien volautomatisch de machines die bijvoorbeeld de lucht op filters verzamelen.
Maar de ontwikkelingen op meetgebied staan niet stil en de apparaten worden steeds kleiner en goedkoper. Het kleine ronde zwarte doosje vol met sensoren, op de foto hiernaast, kan ook heel veel meten en kost maar 350 euro. Het is natuurlijk hoopgevend dat zulke mogelijkheden binnen ieders bereik komen. De waarden gemeten met zulke goedkopere apparaten moeten natuurlijk wel voldoende betrouwbaar zijn. Dat wordt onderzocht door de Radbouduniversiteit, samen met, onder andere, de gemeente Nijmegen. Een van Nederlands beroemdste rotondes staat centraal in het experiment: het Keizer Karelplein in Nijmegen. Op verschillende afstanden en windrichtingen van dit plein worden 30 van zulke kleine meetapparaten opgesteld.
Als, over ruim een jaar, de metingen voldoende betrouwbaar blijken te zijn, komt het zelf meten door burgers dichterbij. Dat er behoefte aan is heeft Leefmilieu in haar presentatie op 24 juni aan de experts toegelicht met voorbeelden: over fijnstof, maar ook over pesticiden, en laagfrequent geluid. Mensen hebben sterk de behoefte om zelf te meten, ook omdat ze willen controleren of hun zorg terecht is, voordat ze de overheid en anderen gaan alarmeren. Dat het RIVM toch nog lang niet kan stoppen met meten is ook wel belangrijk om te beseffen: hoe meer mensen in Nederland zich met meten gaan bezighouden hoe belangrijker het is dat er een gouden standaard blijft bestaan om de zelfgemeten waarden mee te kunnen vergelijken.
Bekijk hier de presentatie van Leefmilieu
Ambitie PAS is veel te laag
Op 24 april 2015 gaf Johan Vollenbroek een presentatie waarin hij inging op de PAS (Programma Aanpak Stikstof) waarop Leefmilieu en MOB zienswijzen hebben ingediend. Teveel stikstof betekent een aanslag op de natuur, vooral op arme zandgronden. En juist op die arme zandgronden staan veel bedrijven met intensieve veehouderij die deze stikstof produceren. Op dit moment zorgen Natuurbeschermingswetvergunningen ervoor die bedrijven niet kunnen uitbreiden, als dat nadelig is voor de omringende natuur. Maar de PAS (Programma Aanpak Stikstof) die binnenkort van kracht wordt moet daar verandering in brengen. Deze aanpak moet zorgen dat er ontwikkelruimte komt zoals Johan Vollenbroek uitlegt: “ontwikkelruimte betekent concreet ruimte voor uitbreidingen”. Verder komt er geld voor maatregelen om de nadelige effecten voor de natuur enigszins te verminderen, zoals de waterstand verhogen en afplaggen. Op dit moment is Nederland een van de meest vervuilde plaatsen in Europa als het gaat om stikstof. Johan Vollenbroek: “de ambities van de PAS zijn veel te laag, men streeft naar een reductie van 10% over 15 jaar”. Het is dus niet te verbazen dat Johan Vollenbroek, die behalve bestuurslid van Leefmilieu ook voorzitter is van MOB, samen met andere deskundigen een stevige inspraakreactie heeft opgesteld. Al was dat eigenlijk bijna niet te doen. Johan Vollenbroek: “ga er maar aanstaan, je krijgt 6 weken de tijd om een reactie te schrijven op 5000 pagina’s. Gelukkig blijken anderen, zoals de MER-commissie, het voor een groot deel met ons eens te zijn, dus misschien gaat de minister wel luisteren”.
Bekijk hier de hele inspraakreactie van MOB
Bekijk hier de inspraak van leefmilieu